1. Wat is de echtscheiding met onderlinge toestemming?
De echtscheiding met onderlinge toestemming (EOT) is, de naam zegt het zelf, een overeenkomst waarin partijen over alles akkoord gaan wat betreft de afronding van hun huwelijk en de regeling voor hun kinderen en goederen deze overeenkomst daarna aan de rechtbank voorleggen om de echtscheiding te bekomen.
Vermits de echtscheiding met onderlinge toestemming het akkoord (een overeenkomst) veronderstelt over alle punten, is dit het werkterrein bij uitstek van de familiale bemiddelaar, van de echtscheidingsbemiddelaars, van advocaten familierecht en ook van de collaboratieve advocaat in het familierecht.
Vroeger werd er in de wet niet gesproken over een echtscheiding met onderlinge toestemming maar over de EWT, dat was toen de afkorting voor Echtscheiding met Wederzijdse Toestemming.
Soms hoor je – af en toe – nog die benaming van EWT of Echtscheiding met Wederzijdse Toestemming. Niettegenstaande dat de term thans wat verouderd is komt het eindelijk op hetzelfde neer als de EOT.
2. De ‘overeenkomst’ van de EOT
De wettelijke regeling over de EOT vinden we in het Gerechtelijk Wetboek (Ger.W.) en meer bepaald in de artikelen 1287 e.v. Ger.W.
Waarover de echtgenoten nu allemaal onderling tot een akkoord moeten komen, staat opgesomd in artikel 1288 Ger.W.:
- Voor hun minderjarige kinderen: een overeenkomst over het ouderlijk gezag en de verblijfsregeling voor deze minderjarige kinderen.
- Voor alle minderjarige kinderen en meerderjarige kinderen (waarvoor de ouders nog dienen in te staan): een overeenkomst over de regeling van de kosten voor al deze kinderen en de verdeling ervan tussen de echtgenoten.
- Een overeenkomst over het al dan niet betalen van een partneralimentatie (persoonlijk onderhoudsgeld of uitkering na echtscheiding) tussen de echtgenoten, zowel tijdens als na de procedure.
- Een overeenkomst over al de roerende en onroerende goederen van de echtgenoten (zie art. 1287 Gr.W).
Uit de wet volgt (artikel 1287 Ger.W.) dat de overeenkomst i.v.m. de onroerende goederen bij authentieke akte, dit wil zeggen een notariële akte, dient verleden of geregeld dient te worden.
In de praktijk is er enkel een notariële akte vereist wanneer de echtgenoten beslissen om een onroerend goed in onverdeeldheid te houden dan wel dat de ene het deel van de andere overneemt (“uitkopen” wordt dit in de volksmond wel eens genoemd).
Als er een onroerend goed verkocht is voor de echtscheiding met onderlinge toestemming of dit wordt te koop gesteld tijdens de procedure van de EOT, dan wordt er geen authentieke akte vereist. Dit kan gewoon vermeld worden in de onderhandse overeenkomst.
We dienen er toch wel even de aandacht op te vestigen dat de notariële of authentieke akte enkel vereist is voor de overeenkomst i.v.m. het onroerend goed zodat het helemaal niet nodig is dat de ganse EOT notarieel dient te gebeuren.
Uw familiaal bemiddelaar of uw collaboratief advocaat kan gerust de hele EOT op papier zetten en enkel het onroerend goed notarieel laten verlijden.
Het spreekt vanzelf dat de beslissingen, die door beide echtgenoten genomen worden i.v.m. het onroerend goed, deel uitmaken van het bemiddelings- of onderhandelingsproces en dan ook eerst en vooral door uw bemiddelaar of advocaat op papier gezet worden. Dit wordt daarna overgenomen door de Notaris in diens authentieke akte i.v.m. het onroerend goed.
Deze notariële akte wordt dan aan de onderhandse overeenkomst EOT gehangen en maakt er van dan af integraal deel van uit. Beide overeenkomsten worden uiteindelijk één en dezelfde overeenkomst.
Vermits heel veel scheidende echtgenoten minstens een echtelijke woonst in eigendom hebben, leeft er bij veel mensen de onterechte overtuiging dat je voor een echtscheiding met onderlinge toestemming enkel bij een notaris terecht kan.
Dit is dus een misverstand en klopt niet.
Integendeel: notarissen zijn uitstekend opgeleid en georganiseerd voor onroerende goederen, daarentegen zijn familiale bemiddelaars, collaboratieve- en familierechtadvocaten veel meer gespecialiseerd in de andere aspecten van de EOT en zeker wat de kinderen betreft.
De praktijk waarbij alleen maar het onroerend goed via de notaris gaat en de rest via uw bemiddelaar of advocaat, combineert dus het beste van die twee juridische werelden.
Vaak wordt vergeten dat sinds de wet van 25 mei 2018 de gehuwde partners niet meer verplicht zijn een overeenkomst te maken over hun verblijfplaats gedurende de proeftijd en de procedure.
Hoewel dit in de praktijk nog regelmatig en ten onrechte geschiedt, is het dus niet meer verplicht en creëert het enkel moeilijkheden wanneer tijdens de procedure één van de echtgenoten van woonplaats verandert.
Wanneer de partijen het dan over alles eens zijn, dan kan de overeenkomst opgesteld worden en ondertekend.
Voor deze overeenkomst is in de praktijk de benaming overeenkomst EOT of echtscheiding met onderlinge toestemming de meest de courante en gebruikelijke.
Men spreekt ook wel eens van familierechterlijke overeenkomst en goederenovereenkomst, soms ook van regelingsovereenkomst.
3. Verdere procedure na de overeenkomst EOT
Nu de overeenkomst klaar is en beschikbaar in één origineel en één afschrift, dient er nog een verzoekschrift in echtscheiding opgemaakt en ondertekend.
Buiten de overeenkomst en het verzoekschrift dienen er volgens artikel 1288 bis Ger.W. nog een aantal stukken neergelegd te worden, zoals een bewijs van woonst en nationaliteit van de echtgenoten en een uittreksel van de geboorteakte van elk kind.
Dan is het EOT dossier voor de Rechtbank klaar en kan het dus neergelegd worden op de Familierechtbank.
Vroeger (voor de wet van 25 mei 2018) kon het dossier van de echtscheiding met onderlinge toestemming neergelegd worden op een Familierechtbank naar keuze van de echtgenoten doch dat is thans niet meer het geval en er zijn zekere restricties opgelegd aan deze vrije keuze die vroeger wel bestond.
Er is nog een zekere keuzevrijheid want sinds 25 mei 2018 is het óf de Familierechtbank van de laatste echtelijke woonst óf de Familierechtbank van één van de huidige woonplaatsen van de echtgenoten.
Het is dus in het hogergenoemde verzoekschrift dat die keuze gemaakt wordt.
Door deze aanpassing van de wet werden de bevoegdheidsregels voor de EOT en EOO (echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting van het huwelijk) meer in overeenstemming gebracht.
Na neerlegging wordt het echtscheidingsdossier (van de EOT uiteraard) door de griffie overgemaakt aan de Procureur des Konings voor advies (artikel 1288 Ger.W.).
De verdere procedure is sinds de Wet van 28 mei 2018 verder gewijzigd.
Waar er vroeger nog een persoonlijke verschijning nodig was voor de Familierechtbank wanneer de echtgenoten minder dan 6 maanden op afzonderlijke woonplaatsen verbleven, kiest de wetgever thans voor de schriftelijk procedure (artikel 1289 paragraaf 1 Ger.W.).
De partijen moeten dus niet persoonlijk verschijnen voor de Rechtbank.
Nochtans kan de Rechtbank nog steeds de persoonlijke verschijning van de echtgenoten bevelen (artikel 1289 paragraaf 2 Ger.W.).
De Wet zegt niet wanneer dat dit het geval dient te zijn maar in de praktijk komt het erop neer dat dit artikel van de persoonlijke verschijning (uiterst) zelden wordt toegepast en enkel wanneer er serieuze problemen gemaakt worden rond de neergelegde overeenkomst, vooral i.v.m. de minderjarige kinderen.
Binnen één generatie zijn we derhalve gegaan van een EOT met procedure die ongeveer twee jaar duurde en drie persoonlijke verschijningen van de echtgenoten voorzag, naar later twee verschijningen met daartussen 3 maanden, en later één verschijning. Nog later van één verschijning wanneer de echtgenoten al langer dan 6 maanden apart woonden, naar een procedure die thans volledig schriftelijk afgehandeld wordt.
Thans komt het er dus op neer dat u enkel komt tekenen bij uw familiale scheidingsbemiddelaar of familierecht advocaat of uw collaboratief advocaat en dat u niet zelf meer naar de Familierechtbank hoeft.
De verdere afhandeling van het dossier wordt waargenomen door uw bemiddelaar of uw familiaal raadsman in kwestie.
En dan dient u enkel nog te wachten op de postbode die u een kopie van het vonnis bezorgt.
De rest geschiedt ook allemaal automatisch tot op het ogenblik dat uw EOT wordt ingeschreven in de DABS (elektronische of digitale burgerlijke stand).
Op dat ogenblik is de echtscheiding met onderlinge toestemming volledig afgehandeld.
4. Wanneer kiest u voor een echtscheiding met onderlinge toestemming (EOT)?
De echtscheiding met onderling toestemming is de meest aangewezen weg voor een echtscheiding wanneer de echtgenoten minstens alle twee akkoord gaan met een echtscheiding en samen wensen, meestal in het belang van hun kinderen, op een respectvolle, zo conflictloze en evenwichtige wijze uit mekaar te gaan waarin ook een regeling kan gevonden worden die ruimte geeft aan hun beider band met de kinderen.
In het kader van een bemiddeling bijvoorbeeld kunnen kinderen op een heel andere manier in de totstandkoming van de overeenkomst betrokken worden dan in een procedure voor de Rechtbank.
Daarenboven is de EOT meestal sneller en (aanzienlijk) goedkoper dan de echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting.
Ook het feit dat buiten de Rechtbank gebleven kan worden, zorgt voor de nodige rust en sereniteit bij de partners en hun kinderen, zodat er gemakkelijker overeenstemming gevonden kan worden en het conflict derhalve niet nodeloos op de spits gedreven wordt.
Familiale bemiddelaars werken in echtscheidingen enkel met een EOT.
Collaboratieve advocaten en familierecht advocaten streven er ook naar om echtscheidingen op deze wijze op te lossen.